Gespot: een eerste generatie Renault Espace

De Renault Espace wordt wel eens de allereerste MPV genoemd, maar dat is niet helemaal waar. Afhankelijk van hoe je de term ‘MPV’ definieert was onder meer de Fiat 600 Multipla (1956) er al veel eerder en meer recent gingen onder andere de Nissan Prairie (1982) en Honda Civic Shuttle (1983) hem voor. Samen met de Chrysler minivans in Amerika zorgde de Renault Espace echter wel voor de grote doorbraak van het MPV-segment.

Britse oorsprong

Het idee voor de Renault Espace ontstond al in de jaren ’70, bij Chrysler UK. Vervolgens werk de ontwikkeling gestart bij Matra, een Frans merk dat onderdeel was van de Chrysler-groep. Om het ingewikkeld te maken werd de ontwikkeling gedaan in opdracht van Simca, maar het idee was dat de auto uiteindelijk als een Talbot op de markt zou komen. Ook dat waren Franse merken die tot het concern behoorden.

De Espace werd een Renault

In 1978 kwamen Chrysler UK en Simca in handen van PSA, het bedrijf achter Peugeot en Citroën. PSA vond het Espace-project te kostbaar en de kans op succes te klein. Het project werd teruggegeven aan Matra, dat er vervolgens mee naar Renault ging. Matra en Renault hadden immers al veel samengewerkt. Bij Renault kreeg het project, dat toen nog eigenlijk nog niet ‘Espace’ heette, de naam J11. De naam Espace werd niet veel later bedacht.

Onder leiding van Renault werden nog wat wijzigingen doorgevoerd. Voor een zo groot mogelijk interieur had Matra de auto ontwikkeld met dwarsgeplaatste motor, maar Renault wilde de motor in de lengterichting. Daardoor zouden er meer verschillende motoren in passen en werd het ook eenvoudiger om een versie met vierwielaandrijving aan te bieden. De motor werd wel uiterst voorin de auto geplaatst. Sterker nog, voor de iets grotere dieselmotoren was het noodzakelijk om de grille wat verder naar voren te plaatsen. De dieselversies zijn dus gemakkelijk te herkennen. Tot slot zorgde Renault ervoor dat de vloer achter de voorstoelen volledig vlak werd.

De Renault Espace bestond uit een stalen, zelfdragend spaceframe met daaromheen glasvezel carrosseriedelen. Een constructie die typerend was voor Matra. Het resultaat was een hoge carrosseriestijfheid en een relatief laag gewicht. Het interieur had niet alleen een praktische vlakke vloer, maar ook een flexibel in te delen zitopstelling met draaibare, uitneembare en/of tot een tafeltje om te bouwen stoelen.

Renault Espace heeft langzame start

In juli 1984 komt de Renault Espace dan echt op de markt. De consument is niet direct enthousiast over het gekke hoge ding met zijn enorme ramen. In de eerste maand worden er maar negen verkocht. In de maanden daarna zien klanten plotseling wél de voordelen van een grote, praktische MPV en moet Matra voor de productie alle zeilen bijzetten om de vraag bij te benen. Het marktsegment van de grote MPV is geboren en andere fabrikanten begonnen met de ontwikkeling van concurrenten. De Espace heeft zijn voorsprong echter lang kunnen vasthouden.

Facelift voor de Renault Espace

In 1988 was het alweer tijd voor een facelift. De belangrijkste wijzigingen zaten onderhuids, waar alle resterende Talbot- en Simca-onderdelen werden vervangen door Renault-onderdelen. Ook werd pas bij de facelift daadwerkelijk een versie met vierwielaandrijving geïntroduceerd. Verder veranderde er niet zo veel, maar de auto kreeg wel een andere voorzijde. De voorbumper stond wat verder naar voren, met daarboven achterover hellende koplampen en grille (in plaats van voorover hellend). Voortaan hadden alle motorvarianten dezelfde grille. Aan de achterzijde werd de achterklep iets vergroot, wat voor meer bagageruimte zorgde.

Het gespotte exemplaar

Op een avond zagen wij in Utrecht deze Renault Espace uit 1988. Hij is dus van net na de facelift. De Espace is sinds 2002 in Nederland en de huidige eigenaar heeft hem nog maar sinds februari. Er zijn meerdere dingen interessant. Zo heeft de RDW hem geregistreerd als een Renault J11, dus met de interne project-/chassiscode in plaats van de handelsnaam. Wat ook opvalt zijn de gele achterportieren. Natuurlijk, het kan best zijn dat de originele portieren beide verroest waren en vervangen moesten worden. De vraag is alleen: waar haal je gele portieren vandaan? In die kleur is deze generatie Espace namelijk nooit officieel geleverd… Wie meer weet mag het ons zeggen.