Autonieuws

Rijtest – BMW M240i (2022)

augustus 5, 2022

50 jaar BMW M

Het is fijn jaar voor BMW M-fans. De motorsport-divisie van BMW bestaat 50 jaar en laat dat niet onopgemerkt voorbijkomen. Het merk introduceert de komende tijd een hoop spectaculaire modellen, zoals de eerste M3 Touring en de XM. In oktober trekken de Duitsers het doek van de nieuwe M2. Die gaat in april de weg op en zal het laatste M-model zijn dat zonder enige elektrische ondersteuning vooruitkomt. Alle opvolgende M-modellen krijgen een hybride-aandrijflijn.

BMW M240i

De M240i is de M Performance-variant van de 2 Serie Coupé. Het is hét model voor traditionele BMW-liefhebbers. Hij is niet te bonkig en over het formaat van de grille kun je ook niet zeuren. De puntige koplampen zijn bovendien een knipoog naar de BMW 2002. Met de M240i kijkt BMW dus een beetje terug, in plaats van ver vooruit.  

BMW M2

Je zou kunnen zeggen dat de M240i de nét niet M2 is, maar dat is niet juist. Met 374 pk en 500 Nm koppel is hij krachtiger dan de eerste M2, die uit 2015 stamt. Zoals het hoort bij een M Peformance-model gaat bijna al het vermogen naar de achterwielen. Zelfs in de xDrive-versie die wij rijden – met vierwielaandrijving dus – stuurt de auto de krachten voornamelijk naar de achterwielen. Schakelen gaat altijd via een razendsnelle 8-trapsautomaat van ZF. Zelf schakelen zit er niet bij. De aandrijflijn van de M240i is een bekende en ligt ook in de door ons onlangs geteste BMW M440i.

Klassiek recept

De M240i – die ook als pure achterwielaandrijver te koop is – staat op een achterwielaangedreven platform, dat we kennen van de 3- en 4 Serie. Hier wordt het wat verwarrend, want de BMW 2 Gran Coupé en 2 Active Tourer staan op een ander platform en hebben voorwielaandrijving. De M240i gelukkig dus niet.

Kleine 4 Serie

De M240i en M440i delen dus niet alleen dezelfde aandrijflijn, maar ook het platform. BWM heeft de bodemplaat wel flink ingekort voor de snelle 2 Serie Coupé. De wielbasis is 11 centimeter korter dan van de M440i en de koets is 23 centimeter minder lang. Met een lengte van 4,54 meter is de M240i echter geen kleine opdondertje, wat mede komt door de imposante langgerekte motorkap. Samen met z’n kleine kont oogt het geheel lekker sportief. Precies zoals je het wil hebben. De flink uitgeklopte wielkasten helpen ook mee en wat dacht je van die fikse ‘powerdome’ op de motorkap!? Ondanks zijn ‘kleine’ nieren, schreeuwt de neuspartij “ga aan de kant!”

Stevige jongen

Het gewicht van de M240i is best stevig. Hij weegt 1.765 kilo schoon aan de haak. Dat is toch vrij veel voor een sportieve auto van dit formaat. Hij weegt slechts 135 kg minder dan een M440i. Dankzij het xDrive-systeem merk je daar gelukkig weinig van. Hij knalt in 4,3 seconden naar de 100 km/u. De achterwielaangedreven BMW M240i doet dat in 4,7 seconden. Zoals haast iedere Duitse performance-auto is de topsnelheid begrenst op 250 km/u.

Gasliften voelt niet noodzakelijk in de bochten, het BMW-bommetje ligt als een blok op de weg. Op commando kun je de achterkant laten uitbreken, maar de voorzijde laat zich niet uitlokken tot wispelturig gedrag. Onderstuur komt duidelijk niet voor in het woordenboek van de M240i.

GT

Toch is de M240i geen M2 concurrent. Het onderstel kun je gerust stevig noemen, maar bikkelhard is het niet. Op het circuit kun je er ongetwijfeld een heerlijke middag mee beleven, maar wie zeer competitief ingesteld is zal toch eerder voor een M2 gaan. De M240i scoort juist punten op de openbare weg, waar een M2 voor sommige mensen juist te hardcore voor is. De M240i is een heerlijke daily driver, een échte GT.

Zet het adaptieve M-onderstel in ‘Comfort’ en je rijdt zonder risico op rugklachten in één streep naar München. Onderweg halen rijhulpsystemen zoals Lane Keeping Assist en Adaptieve Cruise Controls de saaie taken uit handen. Met een gemiddeld verbruik van 1 op 12.50 valt het brandstofverbruik niet tegen. Maar eerlijk is eerlijk, daarvoor moet je hem niet al te vaak op z’n staart trappen. Dan krijgt hij dorst.

Hoe praktisch is hij?

Met een kofferinhoud van 390 liter past er met gemak een setje golfclubs in of één of twee koffers. Probeer dat maar eens in een 911. Op de tweede zitrij is de auto minder praktisch. Volwassenen die langer dan 1.75 meter zijn en hun benen liefhebben, kunnen beter voorin plaatsnemen. Logisch, het is een tweedeurs-coupé. Kinderen kunnen er echter prima zitten. Probeer dat maar eens in een… 

Interieur

In het interieur doet de Twee Coupé ook sterk denken aan een 3- en 4 Serie. Op het dashboard komen we hetzelfde 10,25-inch digitale instrumentarium en 12,3-inch infotainmentsysteem tegen. Het systeem laat zich handig bedienen via de iDrive-contoller, die gelukkig nog steeds aanwezig is. De fraai afgewerkte M-sportstoelen – t.w.v. 1.058 euro – houden je goed op je plek en staan lekker laag in de auto.

Het enige element waarmee het interieur zich weet te onderscheiden van de werkplek van de M440i zijn de deurpanelen, die voorzien zijn van een speciaal design in de M-kleuren, die in het donker oplichten. Zodra je de deur opent, knippert deze bijzondere verlichting in het rood, zodat aankomend verkeer je duidelijk ziet staan.

BMW M240i prijs

Rijden in een BMW 2 Serie Coupé kan vanaf 45 mille. Je krijgt dan de 218i mee naar huis met 156 pk. Een krachtigere 220i is leverbaar vanaf 48.124 euro. Voor 52.713 euro heeft BWM de 345 pk sterke 230i in de prijslijst staan. De sportiefste 2 Serie Coupé is – tot de M2 verschijnt – de M240i. Hiervoor vragen de Duitsers minimaal 77.504 euro. Uiteraard ben je er dan nog niet. Tenminste, niet als je wat opties kiest. De testauto die wij reden zit dik in de spulletjes, waardoor het prijskaartje uitkomt op 96.177 euro.

Lees ook: