Autotests

REVIEW – VOLKSWAGEN TAIGO (2022) – SUV MET COUPÉSTYLING 

maart 24, 2022

Hoe spannend is ie?

Compacte crossovers zijn zo populair, dat steeds meer autofabrikanten meerdere varianten in het B-segment aanbieden. Volkswagen introduceert nu naast de T-Cross de Taigo. Onderhuids praktisch dezelfde auto, maar de koets ziet er wat spannender uit. AutoRAI.nl ging opstap met de SUV-coupé en zocht uit of hij spannend genoeg is. 

SUV-coupé

Een paar weken nadat we voor het eerst oog in oog stonden met de eerste SUV-coupé van Volkswagen – de ID.5 – stappen we alweer in de tweede SUV met coupéstyling van de Duitse automaker: de Taigo.

De compacte SUV deelt zijn bodemplaat met de T-Cross, maar moet een jonger en breder publiek aanspreken. SUV’s – zoals de T-Roc en Tiguan – zijn populair onder dertigers en veertigers, maar een T-Cross rijden ze alleen als ze hem van hun ouders lenen. De Taigo moet daar verandering inbrengen.

Sportieve look

De Taigo staat wat lager en heeft een sportieve aflopende daklijn. Een brede grille en platte koplampen maken de stoere look af. Hij krijgt standaard led-koplampen mee, maar matrix led-koplampen staan op de optielijst. Net als bij de ID4, Arteon en Golf loopt er een dunne led-strip tussen de lampen.

Aandrijflijn

Het motorenaanbod is overzichtelijk: er is keuze uit een 1.0 TSI benzinemotor met vermogens van 95 of 110 pk of een 150 pk sterke 1.5 TSI. De 95 pk sterke driecilinder is gekoppeld aan een handbak met vijf versnellingen en de 110 pk en 200 Nm sterke variant kun je met een zesbak krijgen of een zeventraps DSG-automaat met dubbele koppeling. Bij de 1,5-liter viercilinder krijgt je die laatste standaard.

Met 95 of 110 pk kun je prima uit de voeten in ons land. Nooit hebben we het gevoel dat we niet vlot genoeg vooruit komen. Onze testauto is voorzien van de automaat, die prettig met de benzinemotor samenwerkt. Met kleine plastic flippers achter het stuur kun je zelf schakelen, maar de auto nodigt daar eigenlijk niet voor uit.

Het sportieve zit hem namelijk in de uitstraling van het koetswerk en niet in de aandrijflijn en het onderstel. De Taigo gedraagt zich op de weg niet enorm anders dan een T-Cross. Dat is geen ramp, want Volkswagen weet altijd een goede mix tussen comfort en sportiviteit te vinden. Enorm spannend is de rijervaring niet, maar er valt weinig te klagen.

Vrolijk sfeertje

Het interieur lijkt sprekend op het interieur van de T-Cross en de vernieuwde Polo. Het dashboard is voorzien van een zachte toplaag en hard plastic, dat is meegespoten in de carrosseriekleur. Er hangt daardoor best een vrolijk sfeertje in het interieur. Helemaal als de Taigo een leuke kleur heeft, zoals onze testauto: Visual Green.

Het centraal geplaatste infotainmentscherm ziet er scherp en helder uit en laat zich prettig bedienen. Alleen als je de navigatiekaart vlug in- en uitzoomt merk je wat vertraging, maar verder draait het best lekker. Ook het digitale instrumentarium is fijn om naar te kijken en kun je helemaal naar eigen wens samenstellen. Als je de navigatie gebruikt kun je de kaart eenvoudig op het instrumentarium tonen, waardoor je je ogen bijna niet meer van de weg hoeft te halen.

Zuid-Amerikaan

De Taigo is overigens niet in Europa ontworpen, maar in Brazilië. Sterker nog, daar is hij allang op de markt, onder de naam Nivus. Volkswagen heeft het design en de techniek van de Nivus wat aangepast, zodat hij ook bij Europeanen in de smaak valt. Uiteraard is ook de naam gewijzigd, zodat die net als zijn SUV-broers met een T begint. Daarnaast wordt hij niet in Zuid-Amerika gebouwd – zoals de Nivus – maar gewoon in Spanje, waar ook de Polo en T-Cross vandaan komen.

LEES OOK: AUTOTEST – TOYOTA YARIS CROSS HYBRID (2021)

Volkswagen Taigo prijzen

Volkswagen introduceert de Taigo begin 2022 als Life-uitvoering, met een vanafprijs van 28.590 euro. Daarmee is de Taigo-instapper even duur als de Life-uitvoering van de T-Cross.

Later in het jaar komt er waarschijnlijk nog een uitvoering met een lagere vanafprijs, die naar verwachting een prijs rond de 26.000 euro krijgt.

Bekijk de onze review: