Opel blaast 160 kaarsjes uit – Hoe het allemaal begon
De oprichting in 1862
Als zoon van meesterslotenmaker Philipp Wilhelm Opel leek de toekomst van Adam al te zijn uitgestippeld – ooit zou hij het bedrijf van zijn vader overnemen en voortzetten. Maar Adam had andere plannen. Hij zou hoe dan ook naar zijn droomstad Parijs gaan. Na verblijven in Luik, Brussel en Londen bereikte Adam eindelijk zijn langverwachte bestemming, waar hij de gedenkwaardige beslissing nam om in de naaimachinehandel te stappen.
Rüsselsheim
Op 25-jarige leeftijd keerde Adam terug naar zijn geboortestad Rüsselsheim en richtte in het ouderlijk huis zijn eigen bescheiden werkplaats in; toen nog tegen de zin van zijn vader, die geen echte belangstelling voor naaimachines had. Het was Rüsselsheim, toen een dorpje met 2.000 inwoners, waar de basis gelegd werd voor het wereldwijd bekende bedrijf Opel.
Naaimachine
De productie van de eerste naaimachine nam maanden in beslag. Nadat de machine klaar was werd deze gekocht door meesterkleermaker Hummel uit Rüsselsheim, die de machine vervolgens 40 jaar lang in bedrijf hield. Toen al was het motto ‘Opel, de betrouwbare’. In 1863 richtte Adam Opel zijn eerste eigen productiebedrijf op in een leegstaande koeienstal van zijn oom. Vanuit Parijs leverde Adams broer Georg staal, spoelen, naalden en complete naaimachines voor de doorverkoop. De eerste werknemers kwamen en de eerste advertenties verschenen. Opel bouwde niet alleen naaimachines, maar handelde er ook in, met groot succes. Het bedrijf begon serieuze vormen te krijgen.
1868
De naaimachinehandel floreerde en Opel breidde uit. In 1868 liet Adam Opel een nieuwe fabriek bouwen met een productiehal met twee verdiepingen, een stoommachine en een aangrenzend woon- en kantoorgebouw. Na de verhuizing werkten er 40 mensen voor het jonge bedrijf. In hetzelfde jaar trouwde hij met zijn vrouw Sophie, die niet alleen voor het huishouden zorgde, maar ook de boekhouding bijhield en een frisse wind door het bedrijf liet waaien. De productiecijfers stegen snel, niet in het minst omdat Opel tegemoet kwam aan individuele wensen van klanten en speciale naaimachines ontwierp die voldeden aan specifieke eisen. In 1886 verlieten maar liefst 18.000 machines de fabriek. Het bedrijf groeide uit tot een van de grootste naaimachinefabrikanten in Duitsland en exporteerde producten naar heel Europa.
1887: Van naaimachines naar fietsen
Tijdens een bezoek aan Parijs in 1884 maakte Adam Opel kennis met de penny-farthing, ook wel een hoge bi genoemd – de fiets met een groot voorwiel en klein achterwiel. De vroege fiets was in de hoofdstad van Frankrijk al een gangbaar vervoersmiddel. De ondernemer besloot er een aan te schaffen en zelf te produceren. Toch zou het nog bijna twee jaar duren voordat de eerste modellen de fabriek in Rüsselsheim verlieten. In de herfst van 1887 markeerde een geïllustreerde prijslijst het officiële begin van een belangrijke periode in de geschiedenis van het bedrijf.
1888
Net als bij de naaimachines zette Opel al snel moderne technologie in voor de fietsen. In 1888 werd de penny-farthing vervangen door de fiets met lage wielen, zoals we die nu kennen. Tegen 1890 waren er al 2.200 tweewielers verkocht. De vijf zonen van Adam en Sophie bleken zelf de beste ambassadeurs voor hun eigen zaak te zijn met meer dan 550 overwinningen in wielerwedstrijden. Vanaf 1920 werd Opel de grootste fietsenfabrikant ter wereld. Ruim 15.000 dealers verkochten de fietsen uit Rüsselsheim. Na de invoering van de lopende band in 1923 verliet elke zeven seconden een fiets de productielijn.
1899: Opel begint met het bouwen van auto’s
De beslissende stap in de geschiedenis van het bedrijf – voortgezet door de vijf zonen na de dood van Adam Opel in 1895 – was de start van de autoproductie in 1899. Opel is daarmee een van de pioniers in deze industrie en een van de meest traditierijke autoproducenten ter wereld. Op 21 januari 1899 nam Opel de ‘Anhaltische Motorwagenfabrik’ over van Friedrich Lutzmann uit Dessau. In datzelfde jaar begon de autoproductie in Rüsselsheim met het Opel ‘Patent-Motorwagen System Lutzmann’. In 1906 werd het 1.000ste voertuig gebouwd; de definitieve doorbraak kwam het jaar daarop, toen Opel leverancier werd van het keizerlijke hof. Opel zette zich echter ook in voor de democratisering van de automobiel, bijvoorbeeld met de kleine 4/8 pk ‘Doktorwagen’ in 1909. In de twintigste eeuw groeide Opel uiteindelijk uit tot een van de populairste automerken in ons land. Opel was tientallen jaren lang de absolute marktleider in Nederland.
Bekijk ook: