Review – Ford Ranger Raptor (2023)
Voor modeljaar 2010 introduceerde Ford de F-150 SVT Raptor, een extreme offroad-versie van de populaire ‘full-size’ pick-up. Het bleek een succes en alle opvolgende modelgeneraties van de F-150 kregen een Raptor-versie. In 2019 besloot Ford om de succesformule ook toe te passen op de ‘midsize’ Ranger. Ook daarbij sloeg het concept aan. Zelfs hier in Nederland zie je de eerste Ford Ranger Raptor nog wel met enige regelmaat rijden.
Tweede generatie Ford Ranger Raptor
In 2022 trok Ford het doek van de tweede generatie Ford Ranger Raptor. Inmiddels heeft het model de overtocht gemaakt en kunnen we er ook in Europa mee de weg op. Ondanks die overtocht is de nieuwe Ford Ranger trouwens niet per se een Amerikaanse pick-up. De voorgaande Ford Ranger kwam van de Australische tak van het merk. Het nieuwe model borduurt daarop voort, maar met een intensievere samenwerking tussen de wereldwijde Ford-afdelingen.
Een aantal structurele carrosseriedelen, de portieren en de ruiten zijn overgenomen van het vorige model. Plaatwerk en interieur zijn echter volledig nieuw en ook de overige onderhuidse techniek is zodanig vernieuwd dat we echt kunnen spreken van een nieuwe modelgeneratie, in plaats van een facelift. Veruit de meeste onderdelen zijn ook niet direct uitwisselbaar tussen het nieuwe en voorgaande model.
De Raptor-formule
De Raptor-behandeling die de Ford Ranger heeft ondergaan, is bij de eerste blik al duidelijk: dikke offroad-banden, een grotere rijhoogte en bredere wielkasten. Daarnaast is de wielophanging zodanig aangepast dat grote obstakels niet snel een probleem zullen zijn. Meer technische details over wat de Ford Ranger Raptor allemaal in huis heeft, lees je hier.
Ford Ranger Raptor op grijskenteken
Praktisch detail: de Ford Ranger Raptor is alleen leverbaar met dubbele cabine, maar om hem geschikt te maken voor het Nederlands grijskenteken ontbreekt de achterbank. Ook is de zijruit linksachter geblindeerd. Achter de voorstoelen zit een extra scheidingswand. Die zit de voorstoelen gelukkig niet in de weg. Je vindt dus gewoon een prettige zitpositie, zonder heel erg rechtop te zitten zoals in veel busjes. Op zich is het jammer dat je niet met zijn vieren of vijven op pad kunt. Aan de andere kant: zeker als je de pick-up daadwerkelijk voor het werk gebruikt, is zo’n grote en afgesloten extra bagageruimte ook welkom.
Ford Ranger Raptor nu met V6
Net als de vorige generatie is de Ford Ranger Raptor leverbaar met een 2,0-liter viercilinder dieselmotor, die met 153 kW (205 pk) en 500 Nm min of meer dezelfde prestaties levert als bij het voorgaande model. De nieuwe Ranger Raptor is echter ook leverbaar met ‘het echte werk’: een 3,0-liter V6 benzinemotor. Net als bij grote broer F-150 Raptor heb je altijd een tientrapsautomaat (en inschakelbare vierwielaandrijving natuurlijk).
Hoeveel vermogen de V6 levert, verschilt per markt. In Noord-Amerika heeft men beschikking over de volle 302 kW (411 pk), in Australië heeft men met 292 kW (392 pk) ook geen reden tot klagen. Vanwege de strengere emissie-eisen is het vermogen van de Europese versie teruggeschroefd naar 215 kW (292 pk). Dat is overigens nog steeds meer dan genoeg. Het koppel is met 491 Nm ook zeker voldoende. Enig praktisch detail: door de Raptor-aanpassingen daalt het maximale trekgewicht van 3.500 naar 2.500 kg. Nog steeds een hoop, maar toch goed om rekening mee te houden.
Ford Ranger Raptor is een flinke jongen
Het is ook de V6 benzineversie die voor ons klaar staat, in de weinig subtiele kleur Code Orange. Eerlijk gezegd is de Ford Ranger Raptor toch nog wel groter dan verwacht, nu we er vlak naast staan. Het is ‘maar’ de Ranger en geen F-150, maar hij is nog steeds ruim vijf meter lang. Als uitgebouwde Raptor overschrijdt hij in de breedte net de twee meter en is hij ook bijna net zo hoog.
Tijd om op pad te gaan. Achter het stuur geklommen – voor wie klein van stuk is biedt de standaard treeplank uitkomst – lijkt de auto alleen maar groter te zijn geworden. Ter indicatie: door de grotere rijhoogte zit je in de Ranger Raptor net zo hoog als in een standaard F-150. Of net zo hoog als in het grootste model Transit, om bij de Europese modellen te blijven. Dan kijk je ook nog uit over een grote vlakke motorkap, een machtig gevoel. De hoge zitpositie is trouwens ook erg fijn voor het overzicht over de weg. Je kijkt vaak gewoon over je voorgangers heen en kunt zo nog beter anticiperen op wat er voor je gebeurt.
Verrassend wendbaar
Zodra je zelf aan de afmetingen bent gewend, vormen die eigenlijk geen enkele belemmering. De Ford Ranger Raptor laat zich verrassend goed plaatsen. Hoewel de achteruitrijcamera welkom blijft, valt ook het zicht rondom alles mee. Hij liet zich bovendien moeiteloos door de krappe straatjes van een historisch stadscentrum sturen – zelfs beloond met een goedkeurend knikje van een man die met zijn biertje op een terras zat. Ook een krap aangelegde drive-thru van een bekende fastfoodketen was geen enkel probleem. Alsof hij ervoor is gemaakt: behalve bekerhouders heeft de Ranger zelfs een frietjeshouder.
Tegen de verwachtingen in hebben we ook geen parkeerproblemen ondervonden. Oké, die ene keer dat we moesten fileparkeren hadden we toevallig net een mooi ruim vak, maar in overige plaatsen vormt de breedte geen probleem. Doordat de auto bij de portieren wat minder breed is dan bij de wielkasten, is het zelfs bij vrij krappe parkeerplaatsen nog goed mogelijk om in- en uit te stappen.
Bijzonder strakke wegligging
Onderweg zorgt de nieuwe Ford Ranger Raptor al snel voor een positieve verrassing. Hoog op de poten staande terreinwagens met offroad-banden blinken vaak niet uit in het rijgedrag op asfalt, maar de Ranger Raptor rijdt behoorlijk strak. Het spreekt voor zich dat hij niet houdt van snel bochtenwerk, maar de besturing is keurig direct en rechtuit is hij mooi koersvast. Ook op hogere snelheden. Het vorige model reed al zeker niet verkeerd, maar Ford heeft toch duidelijk weer een stap vooruit gezet.
Je kunt met de Ford Ranger Raptor in alle comfort 130 km/u rijden, maar hij nodigt eerder uit om het rustig aan te doen. Hoe vreemd dat ook klinkt bij een soort van sportuitvoering. Lekker cruisen met zo’n 110 km/u, rustig door de bochten, laat de rest zich maar lekker haasten. Overigens bieden de verder comfortabele stoelen ook wat weinig zijdelingse steun voor snel bochtenwerk.
Cruisen en sprinten
Tussen het cruisen door nodigt de Ford Ranger Raptor wel uit om af en toe eens een sprintje te trekken, of op zijn minst wat steviger op te trekken. Wat dat betreft is het voor Europa teruggeschroefde vermogen geen enkel probleem. Ook tijdens de sprintjes hebben we geen moment gedacht ‘hadden we maar 100 pk meer’. Hij komt zo ook echt al vlot van zijn plek. De 100 km/u is op papier in 7,9 seconden bereikt, maar het voelt sneller. De relatief bescheiden topsnelheid van 180 km/u is voor een auto als dit natuurlijk ook ruim voldoende.
Drempels bestaan niet meer
Het spreekt bijna voor zich dat het veercomfort ook dik in orde is. Opvallend is wel dat korte oneffenheden vrij duidelijk worden doorgegeven. Zelfs verse wegbelijning is voelbaar. Niet oncomfortabel, maar wel voelbaar. Grote oneffenheden worden daarentegen vrijwel volledig weggewerkt. Afremmen voor verkeerdrempels behoort tot het verleden (nee echt) en zelfs als je gewoon rechtdoor gaat over verhoogde rijbaanscheidingen op een rotonde, gaat dat met een redelijk comfort (maar verder hebben we ons keurig gedragen hoor).
Assistentiesystemen
Alle moderne rijhulpsystemen zijn ook gewoon aanwezig. Misschien wel iets té aanwezig. Front Collision Warning waarschuwde bijvoorbeeld een paar keer onterecht voor een naderende aanrijding. De rijstrookassistentie grijpt op zich heel subtiel in, maar wel net wat te voorbarig. Dat systeem ging dus toch al snel uit. Gelukkig gaat dat heel makkelijk met een knop op het stuurwiel. Zoals gezegd zijn de assistentiesystemen voor het parkeren wel van harte welkom.
Rijmodi: de keuze is reuze
De Ford Ranger Raptor biedt ook nog allerlei instellingsmogelijkheden voor het rijgedrag. Voor op asfalt is er keuze uit de rijmodi Normal, Sport en Slippery. Het verschil is zoals bij andere auto’s: Normal is de meest neutrale instelling. In Sport worden de toeren wat hoger gehouden (lees: motor reageert levendiger), is de besturing iets zwaarder en is de demping een fractie strakker.
Ga je offroad, dan heb je keuze uit Rock Crawl, Sand, Mud/Ruts en Baja. De eerste drie spreken redelijk voor zich. Dan is de aandrijflijn afgestemd op de betreffende ondergronden. Deze rijmodi zijn alleen voor rijden op lage snelheid, al is het maar omdat de transmissie dan in een lage versnelling wordt vastgezet. Baja is in die zin het tegenovergestelde: die rijmodus is volledig gericht op zo hard mogelijk over ruw terrein banjeren. Net zoals bij de Baja-races.
Een stukje offroad
Op dit soort momenten is het jammer dat Nederland zo’n goed wegennet heeft. Helaas hebben we de Ford Ranger Raptor nauwelijks offroad kunnen rijden. We rijden alleen een klein stukje boeren pad tussen weilanden, met diepe moddersporen. Door de droogte van de afgelopen weken vormt de grip nu niet zozeer een uitdaging, wel kunnen we testen hoe makkelijk de Raptor zich door de diepe kuilen werkt.
De grote bodemvrijheid blijkt wel degelijk van toegevoegde waarde en de Raptor werkt zich moeiteloos over het ruwe pad. Dat zelfs zonder al te hevige carrosseriebewegingen. Ter vergelijk: de boer die even later met zijn tractor over het pad reed schudde in zijn cabine flink heen en weer, terwijl het in de Raptor was alsof je met een reguliere auto een verkeersdrempel neemt.
Volledig naar wens aanpasbaar
Met een druk op de knop op het stuurwiel zijn demping en besturing afzonderlijk van de rijmodi aan te passen. Handig, je hoeft dus niet door menu’s te graven via het touchscreen. Met deze knoppen kan je er bijvoorbeeld voor kiezen om je alles op Sport te zetten, behalve de zwaardere besturing. Of juist dat je in rijmodus Normal toch de iets zachtere demping van de Offroad-modi hebt. Die laatste instelling heeft trouwens onze voorkeur.
Zelfs het uitlaatvolume is met een druk op een knop instelbaar. Het volume heeft vier niveaus. In Quiet hoor je de motor stationair nauwelijks draaien en blijft het ook bij acceleratie bij een bescheiden roffeltje. In de meest luide stand Baja gaan alle kleppen open en laat de Raptor duidelijk van zich horen zodra je het gaspedaal aanraakt. Klinkt goed! De modi Normaal en Sport zitten daar tussenin. Heb je zelf de ideale instellingen bepaald, dan zijn die met de R-knop op het stuur op te slaan als een extra, persoonlijke rijmodus.
Akoestisch comfort
Over geluid gesproken: het akoestische comfort van de Ford Ranger Raptor is dik in orde. Bandengeluid is relatief aanwezig, zeker op hogere snelheden. Dat was te verwachten met zulke offroad-banden met dik profiel. Verder is het juist keurig stil in het interieur, er is zelfs nauwelijks windgeruis. De geluidsisolatie is zelfs zo goed, dat het raam open zetten bijna meer effect heeft op hoeveel je van de uitlaat hoort dan het selecteren van een andere geluidsmodus.
Het voor de Raptor standaard Bang & Olufsen-audiosysteem zorgt uiteraard voor een goed geluid. Wel zorgen bepaalde basfrequenties bij een wat hoger volume voor een duidelijke resonantie ergens achterin het interieur. We hebben het idee dat dat trillende geluid afkomstig is van de scheidingswand achter de voorstoelen. Uiteindelijk is die wand ook achteraf toegevoegd voor het Nederlands grijskenteken.
Prijzen en uitrustingen Ford Ranger Raptor
Het is maar goed dat de Ford Ranger Raptor in Nederland in principe alleen op grijskenteken wordt geleverd. Dat houdt hem namelijk nog relatief betaalbaar. Hij is leverbaar vanaf 56.750 euro. Een volledig standaard Ranger is er vanaf 31.510 euro (of 31.310 euro met achter de cabine een kaal chassis voor verdere opbouw). Dan heb je nog geen opties aangevinkt. Als je kijkt wat je aan uitrustingen en – vooral – beleving voor de meerprijs van de Raptor terugkrijgt, vinden we het prijsverschil nog wel meevallen.
Voor de volledige lijst aan uitrustingen en bijbehorende prijzen verwijzen we je naar www.ford.nl, maar een aantal highlights pikken we er nog even tussenuit. Afgezien van de al besproken zaken krijg je standaard onder meer led-matrix-koplampen, tienvoudig elektrisch verstelbare stoelen met lederen bekleding, het meest uitgebreide infotainment, trekhaak met stroomaansluiting en extra bescherming van de laadbak.
Op zich handig zijn de stroomaansluitingen in de laadbak, een 12V- en zelfs een 230V-aansluiting. Voor die laatste heb je wel een adapter nodig vanwege het type stopcontact. Het elektrisch bedienbare rolscherm over de laadbak van de testauto is een optie, die samen met de Sportsbar achter de cabine 1.850 euro kost. Het kost ook wat laadruimte, maar op zich is het fijn om de laadbak volledig te kunnen afsluiten.
Brandstofverbruik Ford Ranger Raptor
Laten we het voor de volledigheid toch nog maar even bespreken: het brandstofverbruik. Zoals verwacht is de Ford Ranger Raptor geen zuinigheidswonder. Aan het einde van onze testperiode vermeldt de boordcomputer een gemiddeld verbruik van 11,8 l/100 km (1 op 8,5), of 11,6 l/100 km (1 op 8,6) als we de fotosessie en het stukje offroad niet meerekenen. Toch is dat altijd nog beter dan het officiële WLTP-verbruik van 13,8 l/100 km (1 op 7,2). Afgezien van een paar sprintjes hebben wij gewoon rustig met het verkeer meegereden. Bij de WLTP hebben ze wellicht wat steviger gas gegeven.
Conclusie
Eerlijk gezegd is het mij in de testperiode niet gelukt om een rationeel aankoopargument voor de Ford Ranger Raptor te bedenken. Of het zou moeten zijn dat hij compacter, handzamer en voordeliger is dan een F-150 Raptor. Het is echter de vraag hoe rationeel je naar de Ranger Raptor moet kijken. Je koopt hem vooral omdat hij gewoon heel erg leuk is. Je hebt in Nederland weinig aan de zeer goede offroad-capaciteiten, maar ook op asfalt is iedere rit een feestje. Verder blijven de meeste praktische eigenschappen van de reguliere Ford Ranger behouden.
De combinatie van uitstraling en geluid maakt al dat we voor de Raptor zijn gevallen en daarnaast blijkt hij ook op asfalt fijne rijeigenschappen te hebben. Met de Ford Ranger Raptor aan het Nederlandse verkeer deelnemen is een beetje zoals de NASCAR-auto die dit jaar deelnam aan de 24 Uur van Le Mans: je valt compleet uit de toon, maar man wat is het leuk!