Mobiliteitsindustrie gefrustreerd over te veel regels: “Regelgeving staat innovatie in de weg”
Belangrijke sector
Met een jaaromzet van 30 miljard euro is de mobiliteit maak- en service-industrie in Nederland een belangrijke sector voor de Nederlandse economie. Daarnaast zijn er in Nederland 50.000 tot zelfs 100.000 mensen werkzaam in deze sector.
Nederland is een kennisinstituut op het gebied van mobiliteit
Frits van Bruggen, algemeen voorzitter RAI Vereniging, zegt: “Als we ergens trots op kunnen zijn, dan is dat onze mobiliteitsindustrie. Nederland is een kennisinstituut op het gebied van mobiliteit, maar we zijn nu aangekomen in een compleet andere fase. Het is belangrijk dat mobiliteit duurzaam, betaalbaar en veilig blijft, dat we gezamenlijk groei blijven aandragen en vooral dat we blijven innoveren.”
Investeringsklimaat moet gunstiger
Van Bruggen vervolgt: “Het investeringsklimaat moet gunstiger voor mobiliteit, we moeten innovatie slimmer bevorderen en toegankelijker maken en het grote tekort aan technisch personeel oplossen. Zorgen bestaan er ook over de EV-ontwikkeling. We zijn goed op weg, maar de verduurzaming van onze mobiliteit stagneert door zeer kleine subsidies. De enige oplossing is dat er stimulatie moet blijven. Laten we met elkaar ook zorgen dat er voldoende stroom is op het stroomnet, ook daar is werk aan de winkel. Samenwerking tussen industrie en politiek moet zorgen dat mobiliteit duurzaam, veilig en ook betaalbaar blijft.”
Zes politieke partijen
Aan het Mobiliteitsindustriedebat namen in totaal zes partijen deel, te weten Olger van Dijk (NSC), Pim van Strien (VVD), Bart van den Brink (CDA), Christiaan van der Krift (Christen Unie), Elrie Bakker-Derks (JA21) en Hans Theunissen (D66).
Draagvlak voor oplossen van problemen
De politiek geeft toe dat Nederland een structureel probleem heeft met regelgeving. Door een opeenstapeling van regelgeving loopt alles vast. Dat moet veranderen. Er bestaat draagvlak om dit op te lossen, zodat de mobiliteitsindustrie meer ruimte krijgt om de innoveren, want nu staan beperkingen van de Europese wetgeving innovaties in Nederland in de weg. De wens van de industrie is dat de overheid meer ruimte moet geven aan het bedrijfsleven. Ook moet de overheid beter aanschuiven in de industrie om een beter beeld te krijgen van welke innovaties er zijn. Mobiliteit verdient kortom meer vrijheid.
Nederland moet lef tonen
Frits van Bruggen zegt: “Het Mobiliteitsindustriedebat leert ons vooral dat er vanuit alle partijen grote behoefte is aan meer flexibiliteit van de overheid om innovatie mogelijk te maken. Maar ook betrouwbaarheid, betaalbaarheid, toegankelijkheid, bereikbaarheid en veiligheid zijn zeer belangrijke thema’s als het gaat om mobiliteit. Nederland moet kijken naar de toekomst, de problemen op het stroomnet snel oplossen en noodzakelijke stappen zetten om te zorgen dat Nederland zijn rol als innovatieve mobiliteitsspeler niet verliest. Vanuit politieke kant, de ministeries en het bedrijfsleven moeten we meer dan ooit de samenwerking opzoeken. Maar vooral: we moeten blijven investeren in mobiliteit, want mobiliteit vormt de motor van Nederland.”
Wensen van bedrijfsleven
Vanuit het bedrijfsleven bestaan er grote wensen om meer te kunnen experimenteren in Nederland, onder meer op het gebied van platooning, dat is het automatisch dicht achter elkaar rijden van vrachtwagens. Ook kan een extra lange super-eco combinatie van een trekker met twee trailers de nodige milieuvoordelen opleveren. Nog een voorbeeld: de elektrische as, die kan energie opwekken voor de koelmachine of een extra duwtje geven bij optrekken en versnellen: niet toegestaan in Nederland door beperkingen in Europese wetgeving.
Ook hoopt de mobiliteitsindustrie dat Nederland snel meer gaat doen met V2X-technologie. Deze Vehicle To Everything-technologie maakt communicatie tussen auto’s onderling mogelijk. Als auto’s met elkaar kunnen communiceren zorgen we voor een betere doorstroming, maar het is ook efficiënter en beter voor de milieubelasting en veiligheid. Ook op het gebied van regels moet er meer duidelijkheid komen. De politiek beaamt dat elektrisch rijden de toekomst heeft in Nederland en dat er behoefte is aan een overheid die niet continu aan de knoppen draait op het gebied van regelgeving.